genaakte, i. genaakt (1 naderen, nabijkomen; 2 ophanden zijn):
1. hij gaat de poort der stad genaken; iets (of: tot iets) genaken, het bereiken; fig. hij is niet te genaken;
2. de lente gaat genaken.
Gepubliceerd op 11-11-2021
betekenis & definitie
genaakte, i. genaakt (1 naderen, nabijkomen; 2 ophanden zijn):
1. hij gaat de poort der stad genaken; iets (of: tot iets) genaken, het bereiken; fig. hij is niet te genaken;
2. de lente gaat genaken.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: