gluurde af, heeft afgegluurd;
1. ter sluik afkijken (in bet. 4); ongemerkt afzien: een kunstje van den goochelaar afgluren;
2. glurend inz. uit nieuwsgierigheid afloeren: de heer Bruis wilde eerst de laan afgluren.
Gepubliceerd op 11-11-2021
betekenis & definitie
gluurde af, heeft afgegluurd;
1. ter sluik afkijken (in bet. 4); ongemerkt afzien: een kunstje van den goochelaar afgluren;
2. glurend inz. uit nieuwsgierigheid afloeren: de heer Bruis wilde eerst de laan afgluren.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: