Omstreeks 1800 werden in Friesland kortstaartklokken gemaakt met een kap die enigszins afweek van het normale patroon. Tussen de ronde bovenkant van de deur en de gecontourneerde lijst van de kap werd zaagwerk aangebracht dat vaak uit dun leer was gesneden.
Op de wijzerplaat van deze klokken is dikwijls het woord ‘Amsterdam’ met zwierige letters geschilderd. Dit en de gelijkenis met de kap van een staande klok zullen de oorzaak van de naamgeving zijn. De klokken zijn niet in Amsterdam gemaakt.