Een musette is een kleine Franse doedelzak, zeer in trek in de 17e en 18e eeuw aan het hof van Lodewijk XIV en XV.
Tijdens 'landelijke' feesten speelden de hooggeplaatste dames en heren, uitgedost als herder en herderinnetje, speciaal voor musette gecomponeerde werken van o.a. Boismortier, Hotteterre en Rameau. Naar dit instrument is ook een gezelschapsdans genoemd met een pastoraal karakter, een gematigd tempo en zonder specifieke maatsoort. De muziek bootst de doedelzak na, door het aanhouden van de grondtoon (bourdon= brombas). De musette komt veel voor in klavecimbelmuziek van de 18e eeuw, bijv. in de Derde Engelse suite van Bach.
