Alla Tedesca (lt. op z'n Duits) is een dans met een driedelige maatsoort, soms van het type 'wals', soms type'Ländler'.
Haydn, Mozart, Beethoven en Schubert schreven veel van dit soort dansen (in het Duits Deutscher genaamd) voor de Weense balzaal, maar ook als makkelijke speelmuziek voor amateurmusici. In het vierde deel van zijn Strijkkwartet op. 130 speelt Beethoven een subtiel spel met de Duitse dans door het dynamische accent op de tweede tel van de 3/8 maat te leggen. Hierdoor belandt de Duitse dans op een hellend vlak.
