Klassiek handwoordenboekje

M.J Koenen en dr. Van Anrooy (1920)

Gepubliceerd op 18-03-2024

Reuzen

betekenis & definitie

inzonderheid bergreuzen, vijanden der Asen; het waren wezens, 40—60 M. lang. Zij woonden op hooge bergen in Jötunheim, ook in dichte wouden, zij kleedden zich in dierenvellen en leefden van jacht en roof.

Ze wierpen de Hunebedden op d. i. de Reuzengraven. Ze waren de vertegenwoordigers van de toomelooze, vernielende krachten der natuur. De Reuzen heetten ook Jäten of Jetten en Hunen. Ze waren sterk door tooverij, maakten zich meester van de appelen van Iduna en wilden de schoone Freya ontvoeren.

< >