zoon van Hermes of van Zeus: de Gr. veld-, bosch- en herdersgod, die zich vooral in de bosschen van Arcadia ophield. Hij was groot liefhebber van muziek en vond de herdersfluit uit, in het bespelen waarvan hij het zóó ver bracht, dat hij zelfs Apollo tot een wedstrijd durfde uitdagen (zie Midas).
Evenals de Satyrs heeft Pan bokspooten, baard, horens en ruige haren; hij jaagt door zijn geschreeuw den eenzamen reiziger schrik op ’t lijf, een panischen schrik, die nl. de kracht tot weerstand verlamt; de Atheners geloofden dat zij aan hem in 490 de overwinning bij Marathon te danken hadden.