nimf, die Zeus op Creta met geitenmelk grootbrengt; volgens anderen de geit zelve, die Zeus zoogde. Toen deze de regeering in handen had gekregen, maakte hij den hoorn van deze geit tot een soort van wonderhoorn; wie dezen bezat, kon wenschen, wat hij goedvond en zeker zijn van de vervulling.
Sedert spreekt men van den hoorn des overvloeds.