(= ontbinding).
1. De kwijtschelding van zonden en → censuren door den priester in het Sacrament der → Biecht uitgesproken. Ze is dan alleen geldig, wanneer de biechteling aan de gestelde eischen voldoet.
2. Een liturgisch gebed, ook absoute genoemd, dat na de → Requiemmis voor den overledene wordt gezongen, maar geen zondevergeving inhoudt.
3. In de liturgie is ook sprake van een A., na het bidden van het → Confiteor, en vóór zekere lessen. Deze A. is, evenmin als de → Generale Absolutie een vergiffenis der zonden, maar een → Sacramentale.