Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 08-01-2020

Zuidlaren

betekenis & definitie

gem. in het N. der prov. Drente; omvat de dorpen Z., Westlaren, Midlaren, de Groeve, Zuidlaarderveen, Schuilingsoord; ca. 5 000 inw. (83,3 % Prot., 16 % onkerkelijk); opp. 3 492 ha, waarvan 32 % bouwland, 45 % grasland, 5 % bosch, 9 % woeste grond.

Hoofdzakelijk landbouw en veeteelt; drukke paardenmarkt (3e Dinsdag in Oct.), reeds in de 13e eeuw bekend, die bezoekers van ver buiten de provincie trekt. Westlaren jis sterk gegroeid door het groote krankzinnigengesticht „Dennenoord”.

Door de mooie omgeving (o.a. het→ Zuidlaardermeer) heeft Z. veel vreemdelingenverkeer. Hunebed te Midlaren.

De havezathe „Laarwoud” behoort sinds 1915 aan de gemeente. Herv. kerk uit de 13e eeuw.

Bouma.

< >