van een logarithme bij het grondtal 10 is het geheele deel, dat men verkrijgt, als men de ➝ logarithme van een positief getal splitst in een positieve breuk kleiner dan 1 en een geheel (positief of negatief) getal. Schrijft men de breuk als decimale breuk, dan vormen haar cijfers achter de komma de mantisse.
Zoo is bijv. van log 30 = 1,47712 het getal 1 de wijzer, en 0,47712 de mantisse.J. Ridder.