1° voorstad van Maastricht (zie krt. dl. XVI 448 B5), op den rechteroever der Maas.
Het station Maastricht ligt in Wijk. Fabrieken.
Dekenaat.2° Gem. in de prov. N. Brabant ten N. van Heusden (zie krt. dl. XVIII 632 F1), bestaande uit de kerkdorpen W. en Aalburg. Opp. 1 296 ha; ong. 2 600 inw. (vnl. Prot., ca. 4 Kath.). Landbouw, tuinbouw en veeteelt. Vóór de Prot. kerk van Aalburg staat een 14e-eeuwsche toren; die van W. stamt uit de 15e eeuw.
3° De Wijk. gem. in het Zuiden van Drente (zie krt. dl. IX 352 A2), bestaat uit de dorpen De Wijk en Koekange en eenige gehuchten. Opp. 4 202 ha, waarvan 2 716 ha grasland, 507 ha bouwland, 533 hei en 143 bosch. Ca. 3 400 inw., bijna allen Protestant. Hoofdmiddel van bestaan is de veeteelt, waarvoor veel gedaan wordt. Dit blijkt ook uit de fokveedagen, het eerst ingesteld in 1914, die ten doel hebben een rationale veeteelt te bevorderen.