Ruïnenheuvel van Oeroek (in den Bijbel Erech genoemd), een Babylonische stad, die tot in den Griekschen tijd een belangrijke plaats innam in Mesopotamië, zoowel religieus als politiek. Opgravingen door Loftus (1854), de Wolfe-expeditie (1885), Sachau (1898), Peters (1900) en Jordan (1912-’13) hebben behalve het paleis en den Isjtartempel een groot aantal inschriften opgeleverd, dateerend van de vroegste tijden tot aan de 1e eeuw v. Chr. De teksten zijn uitgegeven door Clay, Dougherty, Keiser, Schroeder, Strassmaier en ThureauDangin.
A. v.d. Born.Lit.: A. Eberharter, Die babylonische Ruinenstatte W. (in: Theol. prakt. Quartalschr. 1914, 630 vlg.).