1° mrs. Humphrey, geb. Mary Arnold, Eng. romanschrijfster. * 11 Juni 1851 te Hobart (Tasmanië), † 24 Maart 1920 te Londen. Huwde in 1872 met den lateren redacteur van de Times, H.
Ward. In haar werken, vooral in Robert Elsmere (1888), propageert zij een ondogmatisch Christendom. Vanaf 1897 leidde zij als zendelinge van een ondogmatischen godsdienst het Passmore Edwards Settlement.Werken: o.a. Miss Bretherton (1886); Sir George Tressady (1896); Diana Mallon (1908).
Lit.: autobiographie: A writer’s recollections (1918); verder: J. Penrose Trevelyan (haar dochter), The life of Mrs. H. W. 1923). Beek.
2° Justine, muziekpaedagoge; bracht een heel eigen methode voor het muziekonderwijs aan de jeugd. Door verschillende en heel geleidelijke oefeningen tracht zij de zangstem te ontwikkelen, het rhythmegevoel, het muzikaal gehoor, geheugen en smaak en het gevoel voor melodiebouw: al deze elementen worden eerst afzonderlijk behandeld, daarna gecombineerd met andere en zoo langzamerhand opgevoerd, volgens een plan, geheel aangepast aan de kinderpsyche. De Gregoriaansche zang vormt een voornaam deel van de oefen- en leerstof; de geheele methode omvat vier leergangen (de vierde uitsluitend Gregoriaansch) en veronderstelt een dagelijksche les van 20-30 minuten. In Nederland is zij op zeer vele scholen ingevoerd, ook meerdere niet-Katholieke. Verbreiding der Wardmethode in Ned. staat onder zorg van het Wardinstituut te Roermond (eerste directeur H. Vullinghs). Bruning.
3° Mary, → Englische Fraulein.
4° William George, Engelsch bekeerling en kerkelijk schrijver. * 21 Maart 1812 te Londen, † 6 Juli 1882 aldaar. Hij bekleedde een leerstoel in de wiskunde te Oxford en sloot zich daar aan bij de → Oxfordbeweging. Na Newman was hij de voornaamste leider der Tractaxians, schreef in 1844 The Ideal of a Christian Church en, hierom door Oxford uitgestooten, trad hij in 1845 tot de Kath. Kerk toe, in welk jaar hij ook huwde. Uitstekend theoloog, philosooph en dialecticus stelde hij zijn gaven thans geheel in dienst der Kerk als professor en als hoofdredacteur van de Dublin Review.
Voorn. werken: On Nature and Grace (1860); Essays on the Church’s Doctrinal Authority (1886); Science, Prayer, Free Will and Miracles (21881); Essays on the Philosophy of Theism (2 dln. 1884). — Lit.: Wilfrid Ward (zijn zoon), W. and the Oxford Movement (1889); Thureau-Dangin, La Renaissance Cath. en Angleterre au 19e s. (3 dln. 1899/06); Cath. Encyclop. (XV).