Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 04-11-2019

Waddenzee

betekenis & definitie

Zee, ingesloten tusschen de ➝ Waddeneilanden aan den eenen kant en de kusten van Groningen en Friesland, den Afsluitdijk en de Noord-Oost-kust van Noord-Holland aan den anderen kant, ontstaan toen de schoorwal, die eens over de huidige Waddeneilanden liep, op meerdere plaatsen bezweek en het binnendringende Noordzeewater het achter den schoorwal liggende land wegsloeg. De Waddenzee drong vroeger verder landwaarts (➝ Middelzee, Lauwerszee, Dollart, enz.); de mensch heeft groote gebieden herwonnen. In de Ned. Waddenzee bleef geen bewoonbaar gebied over, zooals de Halligen achter de Noord-Friesche Waddeneilanden.

Het laatste bewoonde eiland was ➝ Grind. Is bij vloed alles zee, bij eb vallen verschillende deelen droog, wadden genaamd (in Noord-Holland waardgronden geheeten): ten Oosten van Texel, Vlieland en Terschelling, verder ➝ Friesche, Groninger en Uithuizer Wad. De oude Romeinen spraken van rnaria vadosa (doorwaadbare zeeën). Er is een merkwaardige flora en fauna.

De geulen tusschen de wadden zijn de wegen voor de scheepvaart, meestal alleen bij vloed bruikbaar. Wadden en geulen zijn aan veranderingen onderhevig. De scheepvaart had hier vroeger meer beteekenis dan nu.

Van belang zijn de verbindingen tusschen de Waddeneilanden en den vasten wal.

De visscherij levert garnalen en bot (de laatste in afnemende hoeveelheden), een weinig mosselen, oesters en verder zeewier. Voor de werking der getijden enz., zie onder ➝ Nederland.Lit.: Schuiling, Ned. (II 61936); Botke, Fen Fryslân’s Groun (1922). van der Meer.

< >