(Lucanus cervus) Tot de onderorde der bladsprietigen behoorende kever; 27 à 50 mm lang zonder de horens. Het mannetje draagt een „gewei” uit twee vertakte kaken. De kleur is zwart, de dekschilden zijn bruin; de kever voedt zich met plantensap. De groote eieren worden afgezet in vermolmd eikenhout, waarin de larve opgroeit.
De geheele ontwikkeling duurt 5 jaar. Het vliegend hert komt in geheel Midden- en West-Europa voor. M. Bruna.