(krijgsk.), het aannemen van en zich bewegen in een verspreiden gevechtsvorm. De manschappen (tirailleurs) bevinden zich in hun groep op een gelid met ongeveer 6 pas onderlinge afstanden in de breedte en in de diepte. T. dient om aan eigen vuur betere uitwerking te geven en voor den vijand de trefkans te verminderen.
A. Lohmeijer.