Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 16-10-2019

Thomas Nash

betekenis & definitie

Eng. satyricus, tooneelschrijver en dichter. * 1567 te Lowestoft, ✝ 1601 te Londen. Studeerde te Cambridge, kwam naar Londen, waar hij een losbandig leven leidde en zich met zijn hekelschriften mengde in de heerschende politieke en godsdienstige geschillen, speciaal in de Martin Marprelate Controversy (tusschen de Episcopalen en de Puriteinen).

Zijn giftige spot was behalve op de laatstgenoemden, ook op de dramaturgen van zijn tijd gemunt; hij poseert daarbij als de verdediger van de klassieke traditie tegen den bombast in de gangbare treurspelen. N. is de schrijver van den eersten Eng. schelmenroman: The Unfortunate Travellor (1594), een mengsel van rauw realisme en spottende verbeelding.Werken: Anatomie of Absurditie (1589); Pierre Penilesse, his Supplication to the Divill (1592); Christ’s Teares over Jerusalem (1593); Terrors of the Night (1594); Lenten Stuffe (1599).

Uitg.: Works, d. A. B. Grosart (1883-’85); d. R. B. McKerrow (1904-’10).

Lit.: J.J. Jusserand, The Engl. Novel in the Time of Shakesp.;

G. Harman, Gabriel Harvey and Th. N. (1923)
F. Visser.

< >