(Gr. Thutmosis), naam van vier pharao’s der 18e dynastie, die tusschen ong. 1540 en 1400 v. Chr. geregeerd hebben. Thoetmes I dankte den troon vermoedelijk aan zijn gemalin, een naaste verwante van zijn voorganger Amenhotep I. Waarsch. heeft dit ten gevolge gehad een strijd om den troon, waardoor de regeeringsjaren van T.
I, II, III en Hatsjepsoet min of meer verwikkeld zijn. Zie hiervoor → Hatsjepsoet. Het meest bekend is Thoetmes III (1505-1450), de „Napoleon van Egypte”, gemaal van Hatsjepsoet (zie afb. 2 op de pl. t/o kol. 801 in dl. IX).
Na haar dood in 1480 begon de alleenheerschappij van T. III, die Syrië weer onder Egypte bracht en als wingewest organiseerde. Ook naar het Z. breidde hij de Egypt. macht uit.
Het is voor een niet gering gedeelte te danken aan de organisatorische talenten van T.
III en zijn medewerkers, dat zijn wereldrijk ong. drie eeuwen wist stand te houden, totdat het onder de zwakke Ramessieden verviel. Bent.