Een Indo-Islamietisch grafmonument te Agra in Voor-Indië, dat Sjâh Dzjehan (1627-’58) aan de oevers van de Dzjamna liet bouwen voor zijn in 1629 overleden lievelingsvrouw Moemtaz-i-Mahal door de beroemdste kunstenaars onder leiding van Oestad Isa. In een fraaien tuinaanleg, binnen een rood-zandsteenen ommuring staat het wit-marmeren, 75 m hooge hoofdgebouw op een terras met op elk der vier hoeken een minaret; in de hoofdhal staan de sarcophagen. Rechts en links sluiten resp. een moskee en een vergaderhal van roode zandsteen erbij aan. De onvergelijkelijk mooie marmerbouw is wel het belangrijkste en fraaiste Indische grafmonument.
De bouw duurde van 1629 tot ’48. Zie ook ➝ Graf (in Indië); Agra; Islam (sub C).Lit.: E. Diez, Die Kunst der Islam. Völker ; E. B. Havell, Indian architecture (1927) ; La Roche, Indische Baukunst (1921). Hendricks.