Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 22-10-2019

Symphonie

betekenis & definitie

(➝ Gr. sumphonia = samenklank)

1° in de Grieksche muziekleer de samenklank der intervallen.
2° (Ital. sinfonia) Meerstemmig instrumentaal stuk; in den tijd van ➝ Scarlatti identiek met de ➝ ouverture. De drie deelen [langzaam snel langzaam (Lully) of snel langzaam snel (Scarlatti)] maken zich omstr. 1725 van elkaar los. De Mannheimer school voegt hierbij een vierde deel (➝ menuet). Het hoogtepunt van dezen vorm vindt men bij de Weensche klassieken (Mozart, Haydn, Beethoven), welke laatste het menuet door het snellere scherzo vervangt.

Lit.: H. Kretschmar, Führer durch d. Konzertsaal (I, II 1934); K. Nef, Gesch. d. Symphonie u. Suite (1921); P. Bekker, Die S. von Beethoven bis Mahler.

Koole.

Symphonie concertante, symphonische vorm met solistisch aangewende partijen; in wezen verwant aan het concerto grosso.

< >