Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 02-10-2019

Roodborstje

betekenis & definitie

(Erithacus rubecula), zangvogel ter grootte van een musch. Bovenzijde groenachtig bruin; borst, keel, wangen en voorhoofd oranjeachtig, buik vuilwit; pooten bruin.

Zeer alg. broedvogel, ook in tuinen en parken. Nest op den grond, aan walkanten, in klimop, enz.; legt 5 à 7 roomkleurige eieren, roodbruin gevlekt. Zingt het heele jaar door.

Het lied is vol afwisseling.

< >