Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 02-10-2019

Retoucheeren

betekenis & definitie

Opwerken van een schilderij, ets, enz. Rembrandt retoucheerde vaak werk van leerlingen, waardoor de vraag of een bepaald schilderij zijn eigenhandig werk mag heeten, soms zeer moeilijk te beantwoorden is.

In de beeldhouwkunst is r. een oppervlaktebehandeling. Wanneer een boetseerwerk in gips is afgegoten, heeft het hierdoor geleden. Om dit weer bij te werken, gebruikt men retoucheergereedschap, stalen staafjes, 15 à 20 cm lang, eindigende aan beide zijden in platte, puntige of ronde einden. Hiermede snijdt, krast of schrapt men en werkt zoo de onvolkomendheden weg. In de photographie werd het door de aanvankelijk zeer onvolkomen kleurweergave (o.a. het volkomen zwart worden van primair rood en geel en het wit worden van primair blauw) noodig een te donker weergegeven kleur op een negatief lichter te maken; een onvolkomen weergave der huid, zooals het naar voren komen van onzichtbare onderhuidsche vlekken, weg te werken. Hiervoor ontstond retouche. Men onderscheidt directe en indirecte, negatieve en positieve r.

Directe r. wordt op het negatief aangebracht en zal zichtbaar zijn zooals aangebracht; het is dus de kunst deze r. zóó aan te brengen, dat ze toch niet hinderlijk opvalt. Indirecte r. wordt meer toegepast voor lichter of donkerder maken van bepaalde gedeelten van het negatief en positief en wordt bij het negatief nooit op de emulsie aangebracht. Gebruikt men als negatief een glasplaat dan wordt deze aan de glaszijde van matlak (negatieflak) voorzien, waarop r. aangebracht wordt. Gebruikt men film, dan neemt men of een tweede film, voorzien van een matte laag, of plakt een glasplaat, voorzien van matlak, tegen de film.

Ziegler.

< >