Hoofdstad van het Fr. dept. Ille-et-Vilaine (XI 96 C2); 30 m boven de zee; ca. 90 000 inw.
De oude stad, aan den rechteroever der Vilaine, is hooger gelegen dan de nieuwe stad aan den linkeroever. De oude stad werd na den brand van 1720 volgens een plan van Robelin herbouwd; bijz. mooi zijn de pleinen, verder vele fraaie gebouwen, o.a. de kathedraal St.
Pierre, het Paleis van Justitie en het stadhuis. Aartsbisschopszetel.
Univ. met 3 faculteiten (artsen- en apothekersopleiding), seminarie en vele vakscholen voor allerlei doeleinden (notariaat, landbouw, polytechniek, kunst, enz.). Radiostation.
Bekende landbouwmarkt. Industrie (metaal, wol, zijde).