het bezoeken van andere plaatsen of landen, als vacantie-reis, voor genoegen en ontspanning en om vreemde landen en streken te zien, is vooral in de laatste tientallen jaren enorm toegenomen. Omstreeks 1900 was het maken van een buitenlandsche reis voor ontspanning alleen maar weggelegd voor gefortuneerden, en dan nog alleen voor de meest-voortvarenden onder dezen; nu is r. zoo algemeen geworden, dat bijv. in arbeidscontracten, in statuten van werkliedenvereenigingen enz. het maken van een vacantie-reis dikwijls met name genoemd wordt.
De Wereldoorlog heeft mede het verlangen gewekt om vreemde landen te bezoeken, doordat vele duizenden eerst onvrijwillig heinde en ver door allerlei landen waren gesleept. Doch vooral de snelle ontwikkeling der techniek, de populariseering van auto- en motorvervoer hebben de goedkoope gelegenheid geschapen.
R. kan, doordat het den blik verruimt, de ondervinding vergroot, veel bijdragen tot ontwikkeling van de reizigers zelf; daarenboven is r. van groot voordeel voor het land, vanwaar de reizigers komen, door het bekendmaken aldaar van anderer kunst- en cultuurproducten. Maar daartoe is noodig, dat r. ook goed voorbereid en zorgvuldig uitgevoerd worden.
Ten slotte levert r. ook groote materieele voordeelen op voor het land, dat bereisd wordt, zoodat het bevorderen van het reisverkeer náár een land een zaak is van algemeen belang, die van overheidswege gesteund moet worden. Zie ook ➝ Reisvereenigingen.