1° Cornelis Marinus, Nederlandsch ethnoloog. * 24 Juni 1863 te Leiden, ♱ 22 Juli 1917 te Batavia. De resultaten van een hem opgedragen onderzoek (1906) naar de Inl. nijverheid in W. Java werden neergelegd in een drietal monographieën onder den gemeensch. titel: De Inl. kunstnijverheid op W. Java.
Olthof.
Voorn. werken: Die Buddha-legende i.d. Skulpturen des Tempels von Börö-Budur; Indonesian Art (plaatwerk); De Inl. kunstnijverheid op W. Java.
2° Thomas Bastiaan, Nederlandsch staatsman. * 23 Oct. 1864 te Leiden, ♱ 25 Maart 1926 te Den Haag. Was 1892-1902 advocaat in Ned.-Indië, 1913-’18 min. van Koloniën in het min. Cort van der Linden. De wet tot herziening van het Regeeringsreglement van 1854 en van de Comptabiliteitswet en de instelling van den Volksraad kwamen tijdens P.’s bewind tot stand. P. was nog 1921-’25 gezant te Rio de Janeiro, daarna te Madrid.
Olthof.
3° Willem, Nederlandsch oudheidkundige. * 26 Juni 1836 te Hillegom, ♱ 11 Maart 1903 te Leiden. In 1875 dr. hon. causa; had sinds 1869 als conservator van het Rijksmuseum van Oudheden de zorg over de Ned. afdeeling. Op dit gebied publiceerde hij „Leiden voor 300 jaar en thans” (1874) en „Ned. Oudheden van de vroegste tijden tot op Karel den Grooten” (1877). In 1891 directeur van genoemd museum. P. publiceerde ook nog op Egyptologisch gebied, o.a. Etudes égyptol. (3 dln. 1866-’69).
Lit.: Nw. Ned. Biogi. Wbk. (IV); W. D. v. Wijngaarden, Van Heurnius tot Boeser, Drie eeuwen Egyptologie in Ned. (1935, hfst. 4). Bent.