Boom van het geslacht Platanus, fam. der Platanaceeën. De meest bekende soorten zijn P. orientalis en P. occidentalis, de eerste uit Z.-Europa en Azië, de tweede uit Middel-Amerika afkomstig. Botanische kenmerken: handvormige, groote, langgesteelde bladeren, bloemen eenhuizig, bloeiwijzen bolronde, afzonderlijk staande katjes, bloemen met veel meeldraden en veel stampers, de vruchtjes zijn nootjes. De schors laat jaarlijks in platen van stam en takken los, hetgeen de hoornen een gevlekt uiterlijk geeft.
Voor den boschbouw van geringe beteekenis, voor straatbeplanting en in parken veel toegepast. In den voorzomer laten door den wind van de behaarde bladeren kleine haartjes los, die bij sommige personen keel-en neusontsteking kunnen veroorzaken. Sprangers.