Ned. staatsman. * 9 April 1754 te Axel, ♱ 17 Maart 1796 te Den Haag. In 1786 benoemd tot raad en advocaat-fiscaal bij de admiraliteit van de Maas (Rotterdam) en in 1788 wegens patriottische gevoelens als zoodanig ontslagen. Bij de regeeringsverandering van 1795 kreeg P. zitting in vsch. regeeringscolleges en werd voorzitter der Staten-Generaal. Als zoodanig leidde hij de onderhandelingen over den vrede met Frankrijk en het verdrag van ’s-Gravenhage en wist de bijeenroeping der → Nationale Vergadering door te zetten, welke hem tot voorzitter koos.
P. was een der bekwaamste unitaristische (→ Unitariërs) patriotten, wiens gaven een belofte inhielden, welke een vroege dood belette in te lossen.Lit.: Suringar, Biogr. aant. betreffende P.P. (1879); Colenbrander, De Patriottentijd (3 ln. 1897-’99); id., De Bataafsche Republiek (1908). Verberne.