(Bulgaarsch: Plovdiv),
1° Provincie van Bulgarije; opp. 15 838 km2 (1934), 803 720 inw. (1934).
2° Hoofdstad van de gelijknamige prov. aan den Z. Maritza-oever, aan de spoorlijn Belgrado—Stamboel; 100 485 inw. (1934). De oude stad ligt op drie syeniet-heuvels, vandaar de Rom. naam Trimontium. Ondanks de verwoesting door een aardbeving in 1928 heeft P. zich in de laatste jaren voorspoedig ontwikkeld. P. is de zetel van een Orthod. aartsbisschop en bezit vrij veel nijverheid: leer, zijde, katoen, spiritus en bier.
Geschiedenis
P. werd in 340 v. Chr. door Philippus van Macedonië gesticht op de plaats van het oude Eumolphias. In Rom. tijd was het de hoofdstad van de prov. Thracia. Gedurende de M.E., behoorde het afwisselend aan Byzantijnen en Bulgaren, tot het in 1363 door de Turken werd veroverd. In 1878 werd P. door de Russen veroverd, van 1878 tot 1885 was het de hoofdstad van de autonome Turksche prov. Oost-Roemelië, die in 1885 aan Bulgarije kwam.
Hoek.