Een blijvende armoede op groote schaal, ten gevolge waarvan groote volkslagen slechts het allernoodzakelijkste levensonderhoud kunnen verkrijgen en daarbij nog in belangrijke mate van openbare of particuliere weldadigheid afhangen. Voornaamste oorzaak is wel de individualistische richting in de productie, waardoor bijv. werkloosheid en crisissen op groote schaal ontstaan. Als gevolgen ziet men optreden ondervoeding, groote mortaliteit en een zedelijke en lichamelijke ontaarding. Keulemans.
Lit. : Rerum Novarum en commentaren.