Hong. bisschop en kanselredenaar. * 10 Oct. 1858 te Neutra, ✝ 2 April 1927 te Boedapest. Hij richtte zich vooral tot de Hong. intellectueelen om ze tot het Kath. geloof terug te brengen en paste het beginsel toe: godsdienstzin en hoogere cultuur zijn innig verbonden.
Ook was hij de bezieler van de opkomende Christelijke arbeidersbeweging. Zijn proza is ware lyriek.
Hij stierf op den kansel van de universiteitskerk te Boedapest.Voorn. werken: Gott und die Welt (1893); Erde u. Himmel (1902); Die triumphierende Weltanschauung (1903); Betrachtungen über das Evangelium (1909).
Uitg. d. Schultz (25 dln., met biogr.).
Lit.: Brisits, Prohaszka-studien (1927). A. Cardijn