(psychol.) is de toestand van verhoogd bewustzijn, bestaande in een innerlijke concentratie op een voorwerp en die gepaard gaat met bepaalde reacties van het organisme, welke een optimale waarneming vergemakkelijken, zooals gezichts-, oogen oorreacties, het fronsen der wenkbrauwen, het sluiten der oogen om daardoor vreemde indrukken buiten te sluiten, enz. Ze kan willekeurig of onwillekeurig zijn, het laatste bijv. bij een onverwacht sterk geluid. Gevolg van de verhoogde bewustzijnsconcentratie is, dat het waargenomen voorwerp klaar en duidelijk vóór ons staat; in het bewustzijn kan men nl. meerdere niveau’s van klaarheid onderscheiden; den hoogsten graad van bewustzijn bezitten opmerkzaam waargenomen dingen. Voorwaarden voor de opmerkzaamheid zijn intensiteit, nieuwheid en herhaling van een stimulus en vooral de belangstelling in een bepaald object.
De graad van concentratie kan, alhoewel slechts bij benadering, gemeten worden, bijv. door den proefpersoon tijdens een verrichting te trachten af te leiden, door toepassing van den Bourdon-Wiersma-test, bestaande in de opdracht, op een blad papier, waarop figuren samengesteld uit drie, vier en vijf puntjes voorkomen, die van vier zoo goed en zoo vlug mogelijk door te strepen en ook door de begeleidende lichamelijke uitdrukkingsbewegingen te registreeren. De vraag naar den omvang der opmerkzaamheid, d.w.z. naar het aantal afzonderlijke elementen, die met één opmerkzaamheidsakt omvat kunnen worden, kan tachistoscopisch onderzocht worden: volwassenen kunnen hoogstens zes eenheden tegelijk waarnemen. Het aantal theorieën is zeer groot, maar geen enkele is bevredigend. v. d. Veldt.Lit.: H. Henning, Die Aufmerksamkeit (1925).