Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 29-10-2019

Ontheffing

betekenis & definitie

O. van belasting (Ned. recht). De wetgever moet bij het construeeren van een belasting meermalen uitgaan van een toestand op een bepaald tijdstip (bij de vermogensbelasting in Ned. bijv. het vermogen op 1 Mei, bij de personeele belasting in Ned. den toestand op 15 Jan.) of over een bepaald tijdvak (bijv. het inkomen over het afgeloopen kalenderjaar). Indien later in den loop van het belastingjaar belangrijke veranderingen in dezen toestand optreden, wordt meermalen gedeeltelijke ontheffing op een aanslag toegestaan. O. wordt bij belastingen, die den persoon op den voorgrond stellen, mede verleend, indien de belastingplicht ophoudt door overlijden of door vertrek naar het buitenland.

Zie ook ➝ Inkomsten-, ➝ Vermogens-, ➝ Personeele, ➝ Grondbelasting.M. Smeets.

In België wordt o. v. b. vnl. toegestaan in zake grondbelasting, nl. wanneer het kadastraal inkomen minstens 10% hooger is dan het werkelijk inkomen. In zake bedrijfsbelasting bestaat eveneens een zekere o., daar voor de berekening van deze belasting de bedrijfsverliezen der twee vorige boekjaren van het belastbaar inkomen mogen afgetrokken worden. Rondou.

2° Ontheffing van een kerkelijk ambt, ➝ Ambtsontheffing.
3° Ontheffing uit de ouderlijke macht. Dit instituut is in Ned. geregeld in de Kinderwetten van 6 Febr. 1901. Hij, die de ouderlijke macht uitoefent, kan daarvan worden ontheven op grond, dat hij onmachtig of ongeschikt is zijn opvoedings- en verzorgingsplicht te vervullen en wanneer het belang der kinderen zich niet daartegen verzet. De o. kan worden gevraagd door den Voogdijraad of het Openbaar Ministerie. Zij wordt niet uitgesproken tegen den wil van den te ontheffen ouder. O. is in tegenstelling met ontzetting niet onteerend; de laatste is mogelijk tegen den wil der betrokkenen. Deze brengt mede verlies van het actief en passief kiesrecht, ontheffing niet. Herstel in de ouderlijke macht is mogelijk (➝ Herstel, sub 4°).

Hoewel o. niet onteerend is, zijn dikwijls ouders niet te bewegen tot medewerking. Daarom dringen kinderbeschermingsvereenigingen en kinderpolitie e.a. aan op het mogelijk maken van o. ook zonder toestemming der betrokkenen. In Mei 1937 is ingediend een wetsontwerp, om o. ook mogelijk te maken tégen den wil der ouders. Vgl. ➝ Ontzetting.

B. Smeets.

In België bestaat de o. niet, alleen de ontzetting. Zij schijnt er ook minder noodig te zijn: de jurisprudentie neemt inderdaad aan, dat de rechter bevoegd is om in de uitoefening van de ouderlijke macht tusschenbeide te komen ten behoeve van het kind, en om zoo noodig met dit doel de bevoegdheden, die in de ouderlijke macht begrepen zijn, te beperken of te wijzigen.

V. Dievoet.

< >