Ter herinnering aan den uittocht uit Egypte mochten de Joden vanaf het Paaschfeest gedurende acht dagen uitsluitend ongedeesemd brood (azyme) gebruiken. In den regel werd bij hen het brood gedeesemd gegeten. Het Paschafeest wordt daarom ook op sommige plaatsen van den Bijbel het feest der ongedeesemde brooden genoemd (Lc.22.1; Mt.26.17). St.
Paulus ontleent aan dit gebruik een van zijn typische beelden (1 Cor. 5.8). C. Smits.