(D.: Odenwald), middelgebergte tusschen Main en Neckar ; verdeeld in een Westelijk kristallijn Odenwald (granieten en gneisen) en een Oostelijk bontzandsteen-Odenwoud. Het eerste is sterk versneden; vruchtbaar, met teelt van wijn en vruchten.
Het ander heeft minder goed klimaat en schraler gronden. Hoogste top is de Katzenbückel (626 m).
De Westhelling is veel steiler dan de Oosthelling. Groote steden liggen alleen langs den rand. v.Wijk.