Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 18-09-2019

Mithra

betekenis & definitie

Oud-Arische godheid (in de ➝ Weda’s Mitra). met den hemel, het licht en de zon nauw verbonden en als zoodanig ook hoeder van de wereldorde en van de rechtsorde en zedelijke wetten. Vandaar ook het innig verband in de Weda’s (Indië) tusschen Mitra en Waroena; in de Awesta (Perzië) tusschen Mithra en Ahoera-Mazda. Het is deze Perzische Mithra, die voor de godsdienstgeschiedenis van het hoogste belang is.

Als lichtgod, voor wiens stralend oog niets verborgen was, was hij de beschermer der waarheidlievendheid. Als zonnegod, die steeds opnieuw de duisternis overwint, was hij de aanvoerder van het hemelsch leger en de beschermgod van de legers en van de heerschers. Een oogenblik verdrongen door de monotheïstische hervorming van Zarathoestra, treedt hij onder de latere Achemeniden weer op den voorgrond, en wordt zijn feest het hoofdfeest van het Perzische rijk.

Zijn eeredienst verspreidde zich in Assyro-Babylonië, Syrië en Klein-Azië, waar hij door de daar bestaande mysteriëngodsdiensten sterk beinvloed werd. Dit alles had natuurlijk voor gevolg, dat M. meer en meer een syncretistische godheid werd. In de eerste eeuw vóór Chr. drong de eeredienst van M. ook binnen in het Rom.

Rijk, doch hij was pas algemeen in de 2e eeuw n. Chr.

Vooral de soldatenkeizers (Aurelianus, Diocletianus) begunstigden hem.

Tot in Germanië drong hij door en over heel het Rom. Rijk verspreid vindt men M.’s heiligdommen, Mithraia. Met Constantijn begint het verval; een korte opleving volgt nog onder Juliaan den Afvalligen en later in het Oosten in het Manichaeïsme (➝ Mani).Over de leer van den Mithragodsdienst (Mithracisme), zooals hij in het Romeinsche Rijk verspreid was, heeft men bijna geen andere bronnen dan de monumentale voorstellingen: M. werd uit een rots aan den oever van een stroom geboren. Op bevel van den zonnegod doodt hij den cosmischen stier, uit wiens bloed de nuttige planten en dieren ontstaan. Hij beschermt de eerste menschen tegen allerlei gevaren en stijgt dan in gezelschap van den zonnegod op zijn stralend vierspan ten hemel. M. schenkt zijn volgelingen mannenmoed en mannenkracht.Hij verfoeit leugen, bedrog, lafheid en ontrouw. Hij eischt van hen, dat ze strijden tegen het booze, ook tegen het booze in zich zelf. Daardoor zullen zij zich van de zinnelijkheid bevrijden en verlossing en onsterfelijkheid verkrijgen.

Na het aardsche leven worden de zielen geoordeeld. De vromen stijgen naar het verblijf der zaligen (de sterren). Aan het einde der tijden verschijnt M. opnieuw, wekt de dooden op, slacht nog eens den stier en scheidt de goeden van de slechten. Deze worden vernietigd, terwijl de goeden door een uit wijn en vet van den stier gemengden drank onsterfelijkheid verkrijgen.

Voor de inwijding in het Mithracisme bestond er een soort doopsel: men liet over den doopeling, die in een put neergehurkt zat, het bloed van een stier stroomen (Taurobolium). Verder waren er verschillende wijdingen (sacramenten) en een soort ritueele maaltijd. Die maaltijd zou een herinnering geweest zijn aan het laatste aardsche maal van M. Voor den eeredienst verzamelde men zich in onderaardsche ruimten of crypten, die hoogstens 100 man konden bevatten. Aan den halfronden voorwand was gewoonlijk het beeld van den stierdoodenden M. aangebracht. Op de vraag, waar het Mithracisme zijn wervende kracht putte, die het tot een van de gevaarlijkste concurrenten van het Christendom maakte, moet geantwoord, dat het naast de beloften van verlossing en onsterfelijkheid ook nog uit Perzië waardevolle zedelijke grondgedachten, in het bijzonder de dualistische opvatting van den strijd tegen het booze beginsel, had bewaard.

Bovendien ontleende het aan het Christendom diepere opvattingen en zedelijke voorschriften, als die van broederschap en naastenliefde. Ook de vormen van zijn eeredienst pasten zich menigmaal aan den Christelijken eeredienst aan. Van invloed van het Mithracisme op het Christendom kan geen spoor gevonden worden, met uitzondering misschien van de vaststelling op 25 December van het geboortefeest van Jesus Christus. Uit concurrentie tegen het feest van den Sol Invictus (onoverwinnelijke zon, een der bijnamen van M.) werd dan het feest van Christus’ geboorte, de ware zon der wereld, gevierd.

Lit.: Fr. Cumont, Textes et Monuments figurés relatifs aux mystères de M. (2 dln. 1896-1899); id.. Les mystères de M. (1902) ; id., Les religions orientales dans le paganisme romain (31929); H. Haas, Bilderatlas zur Religionsgesch. (1930); K. Prümm S.J., Der Christl. Glaube und die altheidnische Welt (2 dln. 1935).

Bellon.

< >