(scheik.) komt bij benzolverbindingen voor. Om de verschillende substitutieproducten aan te duiden, heeft men de plaatsen in de benzol-kern met cijfers aangegeven. Voor veelvuldig voorkomende combinaties van isomere verbindingen is bovendien een speciale benaming vastgesteld.
Voor disubstituënten wordt deze:1.2 = 1.6 derivaten = orthoverbindingen = orthostand, afkorting o-,
1.3 = 1.5 derivaten = meta verbindingen = metastand, afkorting m-,
1.4 derivaten = paraverbindingen = parastand, afkorting p-.
Bij drie gelijke substituënten kent men nog:
1.2.3 derivaten = vicinaal-verbindingen,
1.3.5 derivaten = symmetrische verbindingen,
1.3.4 derivaten = asymmetrische verbindingen.
Bijv. m(eta)-dihydroxybenzol bestaat uit een benzolkern met twee hydroxygroepen op de plaatsen 1 en 3. Hoogeveen.