Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 18-09-2019

Mercator

betekenis & definitie

1° Gerhard, eigenlijk Kremer, cartograaf. * 5 Maart 1512 te Rupelmonde, ✝ 2 Dec. 1594 te Duisburg. Zoon van een schoenmaker; studeerde te Den Bosch en Leuven, eerst theologie; later trok de cartographie zijn aandacht. Zijn eerste werk was een kaart van Palestina (1537) en kort daarop een van Vlaanderen.

Tijdens de godsdiensttwisten trok hij naar Duisburg, in dienst van den hertog van Gulik als cartograaf (1562). In 1569 publiceerde hij de eerste zeekaart in de naar hem genoemde, van Etzlaub afkomstige projectie. Zijn latere jaren waren gewijd aan een nieuwen Atlas (1585-’95 verschenen).Lit.: Averdunk, Gerhard M. und die Geographen unter seinen Nachkommen, in Petermann’s Mitteilungen (Ergänzungsband 182, 1914).

Jong.

Mercator-projectie De conforme ➝ cylinder-projectie in normale ligging. De parallellen liggen op hoogere breedte telkens verder uit elkaar: wassende-breedtekaart. Aangewezen voor zeekaarten, aangezien de loxodroom een rechte lijn is. Tal van wereldkaarten verschenen in deze projectie, zoo in de meeste schoolatlassen. Het eerst toegepast door Gerhard.

Projectie van Mercator-Sanson, andere naam voor de projectie van ➝ Flamsteed.

Jong.

2° Nicolaus, Holsteinsch wiskundige. * 1621 bij Cismar, ✝ Febr. 1687 te Parijs. Lid van de Royal Society te Londen. Hij schreef werken over astronomie en trigonometrie en gaf de Elementen van Euclides uit (1678). In zijn Logarithmo-technia (1668) definieert hij de natuurlijke logarithme met behulp van het ordinatenoppervlak van de orthogonale hyperbool (➝ Logarithme) en geeft hij de reeksontwikkeling aan van log (1+a) (1 ≧ a > -1)

Dijksterhuis.

< >