(Fr. Messines), gem. in de prov. West-Vlaanderen, ten Z. van Ieperen aan de Douve, bijrivier van de Leie; opp. 358 ha, ca. 1100 inw. (Kath.).
Kleistreek; landbouw; tabaksteelt. De oude Benedictinessenabdij, in 1056 gesticht door de echtgenoote van Boudewijn V, graaf van Vlaanderen, werd opgeheven door Maria-Theresia in 1776, en later ingericht tot het bekende „Koninklijk Instituut voor opvoeding van dochters van behoeftige en verminkte militairen”. De abdijkerk uit de 11e e., en het geheele dorp werden geheel verwoest gedurende den Wereldoorlog.
Eng. krijgskerkhoven en gedenkteekens. Lit.: Terrier, Hist. de l’ancienne abbaye de M. (1912).Hennus.