Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 18-09-2019

Meerkoet

betekenis & definitie

(Fulica atra), een tot de waterhoenders behoorende vogel, ter grootte van een kip. Bijna geheel leizwart gekleurde vogel; hals en kop gitzwart, voorhoofd met witte bles, snavel wit; pooten groenachtig, boven het hielgewicht oranjerood. Teenen gelobd.

Zeer alg. broedvogel in het lage gedeelte van onze streken.Zoekt het voedsel meest op het water; het bestaat uit insecten, schaaldiertjes en zaden. Bouwt een groot nest op geknakte rietstengels in het water. Leg: 7-10 eieren, grijsgeel gekleurd met bruine vlekken en zwarte stippen geteekend. Broedduur 21 dagen. In den winter verhuizen de m. meest naar open water aan de zeekust. Ze vliegen moeilijk. Bernink.

< >