Heilige, leefde in de 6e eeuw, discipel van S. Benedictus. Al wat met zekerheid van hem bekend is, leest men in het He Boek der Dialogen van den H.
Gregorius, nl. dat hij een der voornaamste en heiligste discipelen was van S. Benedictus te Subiaco. Traditie vereenzelvigt hem met den abt Maurus, die het klooster te Glanfeuil zou hebben gesticht.
Feestdag 15 Januari. Zie afb. 2 op de pl. t/o kol. 512 in dl. IV en de pl. t/o kol. 480 in dl.
VII.Lit.: Lex. f. Theol. u. Kirche (VII). Lindeman.
Maurus-zegen, zegening der zieken met een H. Kruisreliek (Breviarium, Rituale Benedictinum).
Congregatie van St. Maurus, Benedictijnen, in Frankrijk door dom Bénard en dom Tarisse gesticht, in 1621 door Gregorius XV goedgekeurd. Uit reactie tegen de commende week men van de traditie af in strenge centralisatie en werden de oversten voor drie jaar door het Generaal Kapittel benoemd. De congregatie verspreidde zich over heel Frankrijk en telde in 1685 6 prov. met 180 kloosters en ca. 1 700 monniken. Veel aandacht werd gegeven aan de studie en de deskundigen werden in enkele kloosters gegroepeerd. In 1790 in de Fr. omwenteling te gronde gegaan.
De laatste generale overste, dom Chevreux, en 40 monniken stierven als martelaren. Lindeman.
Lit.: Catholic Ene. (X); Lex. Theol. Kirche (VII)