Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 02-10-2019

Maurice Ravel

betekenis & definitie

Componist. * 7 Maart 1875 te Ciboure (Pyreneeën). Studeerde aan het Conservatoire te Parijs, o.a. bij Fauré, en won in 1901 den 2en Prix de Rome, terwijl hem in 1905 de toelating tot het concours voor den len Prix de Rome geweigerd werd wegens zijn „moderniteit”.

Als componist behoort R. met Debussy tot de beste vertegenwoordigers van de Fransche muziek; vaak noemt men hem met Debussy in één adem als impressionist, maar zijn stijl is veeleer op die van de I8e-eeuwsche clavecinisten en op Chabrier gebaseerd dan die van den echten impressionist, voor wien Wagner, Franck en Massenet voorbeelden geweest zijn. R.’s muziek munt uit door een verfijnde spiritualiteit, een vernuftige en stoutmoedige behandeling van den dissonant, zin voor ironie en parodie en voor een geraffineerd coloriet; zijn instrumentatiekunst heeft in de nieuwere muziek haar weerga niet.

Zijn vruchtbaarste schepperstijd ligt tusschen de jaren 1899 en 1916; wat daarna gecomponeerd is, lijdt in toenemende mate aan uiterlijke virtuositeit en innerlijke leegte (Boléro!). Reeser Werken: voor piano o.a.

Pavane pour une infante défunte (1899), Jeux d’Eau (1901), Miroirs (1905), Gaspar de la Nuit (1908), Tombeau de Couperin (1920) ; voor piano (4-handig) Ma Mère l’Oye (1908, als ballet bewerkt 1912) ; liederen ; kamermuziek o.a. Tzigane voor viool en piano (1923), vioolsonate (1927), strijkkwartet (1904) ; pianoconcert (1930); orkestwerken en balletten: Rhapsodie Ëspagnole (1906), Daphnis et Chloé (1912), Boléro (1928); opera’s l’Heure Ëspagnole (1907), l’Enfant et les Sortüèges (1925).Lit. : Roland Manuel, M. R. (Parijs 1925) ; id., M. R. et son oeuvre dramatique (1928).

< >