1° (geol.) synoniem met grondmassa. → Stollingsgesteenten.
2° (Dierk.). Een der lagen in de opperhuid. * Huid (kol. 666).
3° In de wisk. verstaat men onder m. een systeem van p x q grootheden, geplaatst in p rijen en q kolommen, en geschreven als
De grootheden au, al2, enz. noemt men de elementen van de matrix. Is (B) een matrix eveneens met p rijen en q kolommen en met elementen bn, bI2 enz., dan verstaat men onder de som van (A) en (B) de matrix (A + B) met de elementen a^ + bu, a12 + bl2, enz. Het product van (A) en (B) wordt zoo gedefinieerd, dat het evenveel rijen als kolommen bevat en derhalve een → determinant vormen kan. Deze determinant kan dan worden ontbonden in de som van een eindig aantal eenvoudiger determinanten. Onder de matrix der coëfficiënten van p lineaire vergelijkingen met q onbekenden: verstaat men de matrix (A). Matrices met oneindig veel rijen en kolommen spelen een rol in de quantenmechanica.
Verriest Lit. : F. Schuh, Lessen over de hoogere algebra (I 21921) ; R. Fricke, Lehrb. der Algebra (I 1924) ; L. E. Dickson en E. Bodewig, Höhere Algebra (1929).