Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 18-09-2019

Maskerdansen

betekenis & definitie

Bij de meeste natuurvolken is het dansen met masker, algemeen. Het dragen van een masker schakelt de persoonlijkheid van den danser uit. Dit verliezen van zichzelf en het aannemen van het wezen, dat het masker voorstelt, is een der eerste eischen voor de m.

Dergelijke bezwerings- en tooverdansen krijgen dikwijls een sacraal karakter, wanneer de maskers de zielen van afgestorvenen voorstellen (Eskimo’s, Negers in Afrika). Vooral magisch ingesteld zijn de m. bij totemistische jagerstammen, die in hun jachtdansen het diermasker gebruiken (Indianenstammen, Hottentotten). Eerst in de Klassieke Oudheid worden m. gedanst met het eenige doel: persoonsvermomming, zooals in de maskeraden en maskeroptochten (Saturnaliën en de m. onder de feesten van keizer Tiberius).

In Christentijd zette deze traditie zich voort ondanks herhaalde kerkelijke en wereldlijke verboden van 600 af. Nu vindt men nog de resten in de camavalviering. Als tooneeldans begon de m. in Italië zijn grooten bloei als voorlooper van opera en ballet.

Deze m. uit de 16e eeuw met allegorischen en mythologischen inhoud, bleven ook naast opera en ballet bestaan en kregen zelfs in de 18e eeuw weer een groote plaats als entreacts. Het ballet schafte eerst onder Noverre het gemaskerd dansen af.Ook moderne dansers namen de m. in hun repertoire op, o.a. Mary Wigman in Heksendans (1926) en in Zeremonielle Gestalt, Gertrud Leistikow in Goldene Maske, A. van Dalsum, Lily Green e.a. in het dansspel van W. B. Yeats: Only Jealousv of Emer met dansmaskers van Hildo Krop. Terlingen-Lücker Lit. Primitieve m.: Krause, Maske und Ahnenfigur : das Motiv der Hülle und das Prinzip der Form (Ethnol.

Studiën, I 1931). Als tooneeldans: Lacroix, Ballets et mascarade8 de la cour de Henri III à Louis XIV 15811652 (6 dln. Genève 1868-70). Moderne m.: Maskernummer van het tschr. Wendingen (1920).

< >