Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 23-04-2019

Martin, fransch bouwmeester

betekenis & definitie

Martin, fransch bouwmeester - * te Parijs, ✝ 1532. In 1494 wordt C. naar Sens geroepen voor den bouw van het dwarspand der kathedraal; in 1600 ontwierp hij de plannen voor het dwarspand der kathedraal van Beauvais, onder zijn leiding uitgevoerd door Jean Wast; in 1502 begon hij den Westgevel der kathedraal van Troyes; in 1516 leverde hij het ontwerp voor het dwarspand der kathedraal van Senlis. Hij is een der voornaamste meesters van den laat-Gotischen, zgn. flamboyanten stijl.

Lit.: C. Enlart, Manuel d’archéol. franc. (I Parijs 1920, 749-750).

2° Pierre I, Fransch bouwmeester, zoon van Martin; * te Parijs (?), ✝ 1544 aldaar, werkte onder zijn vader te Beauvais en te Troyes, leidde daarna den bouw van het dwarspand te Senlis. Hij bouwde sinds 1625 verschillende burgerlijke en militaire werken, als het groote slot te Chantilly in 1527 vlg., en in 1533 het raadhuis te Parijs, naar plannen van Domenico da Cortona; ca. 1539 werkzaam aan het slot te Fontainebleau en het kasteel van Saint-Germain.
3° Pierre II, Fransch bouwmeester, waarschijnlijk kleinzoon of neef van Pierre I; ✝ ca. 1616; werkte aan de knekelhuizen te Saint-Merri, aan den Pont-Neuf en andere bouwwerken te Parijs.

Lit.: G. Macon, Les architectes de Chantilly au XVIe siècle (Senlis 1900); C. Enlart, Manuel (I, 750 en 794).

Vermeulen

< >