Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 18-09-2019

Maronieten

betekenis & definitie

Christelijke volksgroep van Syrischen oorsprong. Zij noemen zich naar St. Maron, een vriend van St.

Joannes Chrysostomus. Zijn leerlingen stichtten een klooster aan den Orontes. De Maronietische monniken streden voor de orthodoxie tieren het Monophysisme, maar vielen zelf in Monotheletisme.

Begin 8e eeuw scheidden deze M. zich af van de ➝ Melchieten of Maximisten (naar ➝ Maximus Confessor genoemd). Van dan af dateert de stichting eener eigen Maronietische Kerk, die een eeuw later reeds een eigen patriarch had. In 1181 sloot de patriarch zich met 40 000 M. bij Rome aan.

Later vereenigden ook M. op Cyprus en elders zich met Rome. Reeds in 1584 kregen zij een eigen college in Rome.

In 1736 hielden de M. een nationaal concilie, dat 1741 door Benedictus XIV bekrachtigd werd.

Het teveel opdringen van den Latijnschen ritus werkte tijdelijk minder gunstig op de verhouding. De M. volgden den Antiocheenschen ritus, in het Svrisch en deels in het Arabisch, maar met Latijnsche ritueele elementen. De M. hebben ook kloosterorden.

Zij zijn verspreid over Syrië (Libanon), Egypte en Amerika. Naast ruim 300 000 in het Oostersch patriarchaat leven er ruim 38 000 in de Vereenigde Staten. In 1840 en 1860 hebben zij zeer zwaar te lijden gehad van de Turken en de Droezen.Lit.: Lex. Theol. Kirche (VI 1934, 967-969) ; Dict. Théol. Cath. (X 1928, 1-142); de Clercq, Les églises unies d’orient (1934). Franses.

Maronietische liturgie De liturgie der Maronieten is oorspr. de West-Syrische. Zij onderging sinds de 12e, en vnl. in de 16e eeuw een sterken Rom. invloed, die niet slechts haar zuiverde van Monotheletistische elementen, maar haar op vele punten latiniseerde: gebruik van ongezuurd brood in de H. Mis, Communie onder ééne Gedaante, H. Vormsel uitsluitend door den bisschop toegediend, enz.; zelfs de Misgewaden werden overgenomen. Zie ➝ Syrische liturgieën.

Lit.: Dib, in Dict. Théol. Cath. (s. v. Maronito, Eglise); Janin, Les Eglises oriënt, et les Rites oriënt. (Parijs 1922); Dumont, Tableau d. l. Filiation et d. 1. Répartition d. div.

Rites, Confess. et Hierarchies (Rijsel 1936). Louwerse.

< >