Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 18-09-2019

Marchin

betekenis & definitie

Gem. in het W. van de prov. Luik, ten Z. van Hoei, aan den linkeroever van de Hoyoux (XVI 704 B/C3); opp. 2 194 ha, ruim 5 000 inw. (vnl. Kath.); heuvelachtige en rotsachtige omgeving, steengroeven; papier- en ijzerindustrie; landbouwcultuur en veeteelt.

Kasteelen van Marchin en van Grand Marchin. Oude heerlijkheid, die over groote vrijheden beschikte. V. Asbroeck.

< >