Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 18-09-2019

Manila

betekenis & definitie

Hoofdstad en voornaamste havenstad van de Philippijnen, op het eiland Luzon (Azië, 14°40'N., 121°0'O.); ca. 340 000 inw., waarvan 90% Inheemschen (Philippino’s), verder Chineezen, N. Amerikanen, Spanjaarden. De stad ligt goed beschut aan de binnenzijde van de baai van M.

Het oude deel („Intramuros”) is nog geheel oud-Spaansch, met vele kerken en kloosters. Het nieuwe deel (Binondo) is Amerikaansch van opzet en heeft de groote openbare gebouwen. Daaromheen liggen de tuinsteden en de bamboehuisjes der inboorlingen.

Engelsch en Spaansch zijn de verkeerstalen. M. is een aartsbisschopszetel, heeft twee universiteiten, stormwaarschuwingsdienst, kabelstation, vlieghaven. Cavite, op 5 km afstand, is de oorlogshaven.

M. is een belangrijke haven en verscheept tabak, manilahennep, suiker, copra. De industrie omvat machines, tabak, suiker, copra, cocosolie.In 1569 werd M. door de Spanjaarden gesticht. 13 Aug. 1898 dwong admiraal Dewey van de Ver. Staten M. tot overgave, terwijl aan de landzijde de stad belegerd werd door de Philippino’s onder Aguinaldo, die tegen de Spanjaarden in opstand was gekomen. Deere

< >