Ook: patroon, uitslag, schabloon, is een in zeer uiteenloopenden vorm toegepast gereedschap, waarmede men maten af meet en omtrekken aangeeft. De m. bevat steeds een of meerdere, vooraf op de m. vastgelegde, soms in- en nastelbare, gegevens, als maten, begrenzingen, contouren, vlakverdelingen van het te bewerken werkstuk. Deze gegevens worden met de m. aan het werkstuk nagemeten of langs de m. overgebracht.
Bijv. straatmal of spoormal voor het meten van profiel, breedte, helling van straat- of spoorweg; stukadoorschabloon voor decoraties; schablonen, van bordpapier, hout, dun metaal of celluloid, waarin te trekken figuren, letters, zijn uitgesneden (teekenaar, schilder); patronen voor gietwerk; boormal voor het afteekenen der onderlinge ligging van te boren gaten. Veelvormig gebogen m., uit zelfde materialen bestaand, meestal hout, tot het trekken van kromme lijnen, heeten pistolets. Beijnes