1° Antonio, Spaansch dichter; broer van 2°. *26 Mei 1875 te Sevilla. Prof. in de Fransche taal te Soria. Als poëet een zelfstandig genie, zoeker naar de zuivere taal, diep van gedachte, helder van expressie, onverschillig voor vormenschoon; tegenstander van het Pamassisme van Núñez de Arce.
Voorn. werken: Soledades (1903); Los campos de Castilla (1912); Nuevas Canciones (1924); Poesias completas (1917 en 1928).
2° Manuel, Spaansch dichter; broer van 1°. *29 Aug. 1874 te Sevilla. Zeer verdienstelijk schrijver. Geeft in Alma (1901), La fiesta nacional (1906). en Cante hondo een levendige schildering van Andalusië.
Verdere werken: o. a. Museo en Poesias (1924). Borst.